zaterdag 31 maart 2007

Mayschosser Winzergenossenschaft

Je hebt wijn en wijn: elk wijngebied heeft zijn chique wijnen, zijn boegbeelden, de wijnen die in alle wijntijdschriften genoemd worden. Voor het Duitse wijngebied de Ahr zijn dat de wijnen van bijvoorbeeld H.J. Kreuzberg, van Werner Mayer-Näkel, van Weingut Nelles en Peter Kriechel. De ene wijn is wat strenger dan de andere, maar ze zijn allemaal kwalitatief hoogstaand, en ik zou ze allemaal schenken bij een goed diner. Aan een kennis of familielid zou ik ze echter niet cadeau doen (tenzij dat een echte wijnkenner is). Sommige van deze wijnen zijn namelijk erg 'elitair'; je moet ze leren waarderen. Het zijn zeker geen 'instapwijnen'.

Maar gelukkig zijn er in de Ahr ook wijnen voor een groter publiek, veel makkelijker te begrijpen en sneller te drinken. Zulke wijnen proefde ik vorig weekend bij de Mayschosser Winzergenossenschaft. Dit is de oudste coöperatie van het land, ontstaan in 1868. Ruim 300 boeren zijn lid, allemaal krijgen ze uitbetaald naar de kwaliteit van de druiven die ze leveren, niet de kwantiteit.

En de wijnen zijn hier zeker niet minder goed: in de Gault Millau Deutschland van 2006 komt de Winzergenossenschaft er uitstekend vanaf met drie druiventrosjes, hetzelfde aantal als Kreuzberg en maar eentje minder dan Meyer-Näkel. Maar toch: de sfeer is er anders, toegankelijker, en het scala aan wijnen is groter en ook prettiger geprijsd.

We arriveerden bij de coöperatie na een prachtige wandeling door de wijngaarden en de bossen. Onze gids bleek een erg aardige gepensioneerde wijnbouwer van bijna 70 jaar, die ons in een mengeling van Duits en steenkolen Nederlands de kelders en het wijnmuseum liet zien. Vooral de variatie aan vatformaten viel op: kleine barriques van 225 liter, grote vaten van 4000 liter en van alles daar tussen in. Erg Duits waren ook de diverse vaten met een voorkant van houtsnijwerk, speciaal vervaardigd voor diverse jubilea.

Na de rondleiding mochten we plaats nemen in de speciale proefruimte, waar de glazen al gelijk bij de eerste proeffles goed vol werden geschonken. Onze begeleider ging ervan uit dat we kwamen om te drinken, niet om te proeven. We waren tenslotte Nederlanders.... Gelukkig wisten we deze sympathieke heer al snel te overtuigen van onze serieuze bedoelingen: we wilden wijn proeven en moesten bovendien nog naar Nederland rijden. Toen we vervolgens ook nog eens geïnteresseerde én geïnformeerde vragen begonnen te stellen, konden we helemaal niet meer stuk. Na de derde proeffles werd een 3a ingelast, op het huis. Omdat we helemaal naar de Ahr waren gekomen om Frühburgunders te proeven (dat hadden we inmiddels uitgelegd), moesten we uiteraard ook een Frühburgunder van de Winzergenossenschaft proeven. Het was een sappige, kruidige wijn, met de geur van mokka en rood fruit. Voor € 15,00 was het een uitstekende fles, betaalbaarder dan de meeste andere Frühburgunders die we proefden dat weekend.

Maar ook de andere wijnen waren uitstekend. We proefden een Riesling, een heerlijke Weissherbst van spätburgunder, een cuvée van regent en spätburgunder en diverse prettige Spätburgunders, dé wijnsoort waar het dal bekend om is. Ik leerde eindelijk waarin Weissherbst van rosé verschilt: volgens de Duitse wijnwetten moet Weissherbst gemaakt worden van één druivensoort en moet de most minstens 65° Oechsle hebben. Wijnen met meerdere druivensoorten en een lager Oechsle-gehalte moeten rosé heten. Ieder Weissherbst is eigenlijk een rosé, maar niet iedere rosé is een Weissherbst.

We sloten de proeverij af met een 2003 Altenahrer Klosterberg Spätburgunder Auslese, die naar jam en banaan rook. De gisting van deze Auslese was gestopt onder hoge druk, om niet een te zoete wijn te krijgen. (Auslese houdt in dat de most een bepaalde hoeveelheid suiker moet bezitten: in dit geval tussen de 83-88° Oechsle). Ik vond het best een aangenaam glas wijn, dat zo als aperitief of bij een klein hapje prima zal smaken.

De wijnen vielen bij ook mijn medereizigers zeer in de smaak: ik geloof dat de koplampen van een van de auto's nog net niet opnieuw afgesteld hoefden te worden..... Ben je in het Ahrdal en hou je van wijn: ga dan zeker even langs bij Mayschosser Winzergenossenschaft.

donderdag 29 maart 2007

Wildmuskat: een rariteit met kwaliteiten

Over rare en onbekende druiven gesproken (zie blog van gisteren): ook op Prowein was er één en ander aan curiositeiten te ontdekken. Al ronddwalend door de enorme hallen stond ik plotseling bij de ministand, nog geen twee meter bij twee meter, van Weingut Amalienhof in Heilbronn. Mijn aandacht werd getrokken door een grote foto van een wijngaard en de term Wildmuskat. Ooit las ik - ik meen in het Slow Food-magazine - over een Amerikaanse wijnbouwer die wijn maakte van in het wild groeiende druiven. Ik meende in deze Wildmuskat iets vergelijkbaars gevonden te hebben.

De standhouder wist mij echter te vertellen dat zijn wijn uniek was: hem was niets bekend van een Amerikaanse wijn van wilde druivensoorten. Hij maakte de enige echte Wilde Muskaat. Ooit werd in de natuur rondom het wijngoed Amalienhof een 'wilde' wijnrank aangetroffen. De wijnrank werd bestudeerd, gedetermineerd, er werd geëxperimenteerd en er werd wijn van gemaakt. Het bleek om een variant van de rode druivensoort Lemberger te gaan, ontstaan zonder menselijke tussenkomst en door natuurlijke bevruchting. De soort kreeg een naam: Wildmuskat, naar het sterke muskaatkarakter van de wijnen.

Die wijnen waren nu op Prowein te proeven, en wat voor wijnen: alle typen, of ze nu van de Wildmuskat alleen of in assemblage met andere druivensoorten gemaakt waren, hadden een zeer sterk rozenaroma. Het was letterlijk of je een glas rozenwater dronk, maar dan anders, beter, lekkerder. Als ik ooit had gedacht dat er aan wijn andere smaakstoffen dan die uit de druiven werden toegevoegd, dan zou dat voor deze 'rozenwijn' gelden. En toch waren het puur de smaak- en geurstoffen van de druivensoort die in deze wijn tot uiting kwamen, zoals het een echte wijn betaamt.

Ik proefde zowel droge als zoetere varianten van de Wildmuskat, naast een aantal geslaagde assemblages, onder ander met Spätburgunder. Allen waren van goede kwaliteit. Naar mijn smaak waren het geen wijnen waar je flessen van blijft doordrinken, maar ze waren wel degelijk de moeite van het opentrekken waard. Of een wijn als deze voor een grotere markt geschikt is, dat waag ik te betwijfelen. Maar als curiositeit is er zeker een toekomst voor de Wildmuskat. Ik wens de wijnmakers op de Amalienhof dan ook van harte toe dat de dagjesmensen en wijntoeristen in groten getale langskomen en dat ze veel en graag van de wijn zullen proeven en kopen! Want inmiddels is de Wildmuskat geen wilde druif meer; in 1983 waren er zoveel stokken in cultuur gebracht dat er vijf liter wijn gemaakt kon worden. In 1991 volgende de eerste officiële oogst; in 2003 werd de soort benoemd als Wildmuskat en de volgende stap is de opname van de druivensoort in de officiële boeken. De Wildmuskat is getemd, en eigenlijk vind ik dat jammer. Maar als dat niet zo was geweest had ik er ook geen wijn van kunnen proeven. Ieder voordeel heb z'n nadeel!

dinsdag 27 maart 2007

Slow Food Frühburgunder Forum

Rare en minder bekende druiven zijn een zwak van mij. Met veel plezier heb ik dan ook samen met Anda Schippers het afgelopen weekend een reisje naar het Frühburgunder Forum in Kloster Marienthal in het Duitse Ahrdal georganiseerd. Dit dal van de rivier de Ahr ligt op een uurtje rijden van Venlo en is te beschouwen als de achtertuin van Bonn. Ze maken er vooral rode wijnen van onder andere spätburgunder - wat de Fransen pinot noir noemen.

Samen met een twaalftal Slow Foodies uit Nederland hebben we dit weekend kennis gemaakt met een druif die echter sinds de jaren tachtig in de Ahr furore maakt: de frühburgunder. In de jaren vijftig was deze vroegrijpende kloon van de spätburgunder zo goed als verdwenen. Wetenschappers van Geisenheim, het bekende Duitse Wijnbouwinstituut, wisten echter te achterhalen waarom de soort met uitsterven bedreigd werd. Ze schakelden het virus dat de bladeren aantastte uit en leverden gezonde klonen van de soort aan de wijnbouwers in het dal.

Slow Food nam enkele jaren geleden de druivensoort in haar Ark van de Smaak op, om zo het voortleven van deze bijzondere wijn te waarborgen. Dit weekend werd het eerste Forum rondom de druif georganiseerd; diverse lezingen werden gehouden en de bezoekers konden kennis maken met Frühburgunders van zestien producenten.

Het Forum werd gehouden in het eeuwenoude klooster Marienthal, gelegen in een kloof aan de noordkant van het prachtige wijngebied. Vanuit ons overnachtingadres in Dernau liepen we er zaterdagmorgen in een kwartiertje heen. Binnen wachtte ons een zeer enthousiaste schare proevers, eigenlijk veel te veel voor de kleine proefruimte. Zelf heb ik dan ook slechts wijn van vijf producenten kunnen proeven. Helaas vielen niet alle wijnen in de smaak: veel producenten gebruiken kleine barriques, eikenhouten vaten van 225 liter, waardoor de wijn een zeer sterk vanille-aroma krijgt. Ik vond deze zware houttonen niet altijd passen bij de wijnen en gaf de voorkeur aan wijnmakers die hun wijnen in al vele malen gebruikte oudere vaten lagerden. De Ahrweiler Ursulinengarten 2006 van Weingut Sonnenberg in Bad Neuenahr beviel mij bijvoorbeeld uitstekend, evenals de Jubilus Frühburgunder Qualiteitswein trocken 2005 van Weingut Peter Kriechel.

Mijn favorieten zijn echter de wijnen van Werner Meyer-Näkel. Voor zowel zijn Spätburgunders als zijn Frühburgunders mag je me wakker maken. Van de Frühburgunders proefde ik de Bad Neuenahrer Sonnenberg Frühburgunder Qualitätswein trocken 2004, de topper voor meer liefhebbers binnen ons gezelschap. Op de Spätburgunder die we van Meyer-Näkel vrijdagavond bij het diner dronken, kom ik later nog terug.

Niet alle producenten van Frühburgunder waren op het Forum aanwezig. We overnachtten bijvoorbeeld in het pension van Weingut H.J. Kreuzberg in Dernau; dit wijngoed maakt zeer krachtige en indrukwekkende Frühburgunders, maar was uit principe niet aanwezig bij het Slow Food-evenement. Helaas werd ons niet helemaal duidelijk waarom. Van Kreuzberg nam ik twee Frühburgunders mee naar huis: de Classic van 2005, gerijpt op grote oude vaten, met een romige, boterige structuur en veel fruit in het aroma en de op barrique gerijpte Frühburgunder 2005, die zeker nog vier tot zeven jaar weggelegd kan worden. De laatste heb ik vooral meegenomen om eens te kijken hoe deze wijnen op barrique zich nu ontwikkelen. Het was eigenlijk de enige op barrique gerijpte Frühburgunder die me beviel.

Als laatste Frühburgunder proefden we zondag nog een kruidige, sappige variant uit 2004 van de Mayschosser Winzergenossenschaft. Helaas had deze wijn weer een vrij hoog alcoholgehalte - 14,5 % -, een euvel waar de rode wijnen uit het Ahrdal toch ook een beetje aan lijden. Over ons bezoek aan deze coöperatie zal ik nog een apart verslag schrijven.

Al met al bleek het weekend een fantastische kennismaking met een wijngebied dat eenvoudig op één dag vanuit ons land is te bezoeken. We maakten niet alleen kennis met de Frühburgunders, maar hebben ook diverse andere rode wijnen en rariteiten geproefd. Het dal heeft bovendien een aantal bijzonder goede restaurants én heel prettige wandelmogelijkheden. Over al dat andere naast Frühburgunder dat de Ahr te bieden heeft, zal ik binnenkort verslag doen.
De Frühburgunder verdient in ieder geval zijn plaats in de Ark van de Smaak, evenals een plekje in mijn wijnkast!

Voor een volledig verslag van onze reis, zie ook Aardse Genoegens, de site van Anda Schippers.

maandag 26 maart 2007

Moord (en ander zaken) in het Ahrdal

Het wijngebied de Ahr heeft iets met detectives en moordzaken: in een boekhandeltje in Ahrweiler trof ik dit weekend een opmerkelijke reeks boeken voor de wijnliefhebber. Broederlijk naast de wijngidsjes van het gebied stonden in een kast ook vier 'wijnkrimi's' van de hand van Carsten Sebastian Henn. Hoofdpersoon is chef-kok Julius Eichendorff, die in zijn vrije tijd diverse moordzaken weet op te lossen. De vier detectives spelen zich af in het Ahrdal, en volgens de verkoopster in de boekhandel is het leven in het dal duidelijk in de boeken te herkennen. Mocht je minder makkelijk Duits lezen dan Duits aanhoren: van In vino veritas en Vinum Mysterium zijn ook luisterboeken op cd gemaakt.
Helaas zijn de boeken niet in het Nederlands vertaald, en ook de Openbare Bibliotheek in Utrecht heeft de Duitse versies niet op de plank staan. Had ik toch één van de boeken moeten kopen.... (De titels zijn natuurlijk wel te bestellen via internetboekhandels).

Wil je liever iets actievers, dan kun je in het dal ook terecht voor het WinzerKrimi-diner. Winzergenossenschaft Mayschoss organiseert een aantal keer per jaar een diner met als thema Weisses Blut - Blanc de Noir oder Das Geheimnis des alten Winzer. Tussen de gangen door wordt het verhaal verteld van de moord op de rijke 'Weingutsherr' Graf von Ahre in het jaar 1653. Het is aan de disgenoten om de zaak aan het eind van de avond op te lossen....

In het Ahrdal, het noordelijkste kwaliteitswijngebied van Europa op slechts een uurtje rijden van Venlo en luttele kilometers van Bonn, speelt wijn anno 2007 de absolute hoofdrol. Nooit eerder trof ik een streek waar wijn zo overduidelijk alles bepaalt. Overal in de openbare ruimte is de wijnbouw of wijnhandel wel op een of andere wijze aanwezig: druivenranken langs muren, bushaltes en pergola's, een deurklopper in de vorm van een druiventros, een fontein van druiventrossen, een schildering aan een huis met alle stadia van het wijnmaakproces, een etalage met de geproduceerde wijnen, wijnvatten als reclameborden of, in het geval van de boekhandel, een display met wijnboekjes en wijndetectives. En natuurlijk is er het echte werk, de prachtig gelegen wijngaarden langs hellingen die soms zo goed als loodrecht omhoog rijzen vanuit de rivier de Ahr.

Het Ahrdal leeft echt van de wijn (en natuurlijk ook van de toeristen). Ik bezocht het dal het afgelopen weekend met een groep leden van Slow Food Nederland. We bezochten er het Frühburgunder Forum, proefden liters wijn, aten in twee toprestaurants en wandelden langs de Rotweinwanderweg. De komende tijd zal ik dan ook een aantal malen verslag doen van dit fantastische uitstapje.

vrijdag 23 maart 2007

Wijnland Duitsland

Tien jaar geleden besloot ik dat ik meer wilde weten over Duitse wijnen. We kochten wijn bij Gilbert van Houten, gingen naar de Moezel op vakantie en kochten The Wine Atlas of Germany. En toch werd het de jaren daarna niet veel met de kennis over Duitsland als wijnland. Duitse wijnen waren lastig te vinden en we raakten in de ban van de Oostenrijkse wijnen geïmporteerd door Regina Meij. Tot ik ruim een jaar geleden in contact kwam met Jacob Molendijk, importeur van een aantal goede Duitse Winzer. Duitsland kwam weer in de belangstelling, we verdiepten ons verder, proefden en genoten. Inmiddels bevat onze wijnkast wijn van diverse producenten, voornamelijk Riesling maar ook een enkele Weissburgunder. En dit weekend volgen ongetwijfeld nog wat Spät- en Frühburgunders, als ik terugkom van een reisje naar het Ahr-dal.

Tijdens Prowein was Duitsland als wijnland zwaar vertegenwoordigd. In hal 4 was alles Duits wat de klok sloeg. Een greep uit wat mij opviel: een grote, terughoudend groen vormgegeven stand met alle VDP-wijnbouwers, zeg maar de top van de wijnpiramide; verder diverse grote stands van wijngebiedvertegenwoordigingen (Baden bijvoorbeeld) naast kleine Duitse wijnproducenten met specialiteiten, een zomerse bijdrage van het Deutsche Weininstitut, diverse wijntijdschriften met presentaties en een grote stand van de DLG, de Deutsche Landwirtschafts-Gesellschaft of in vertaling de Duitse Landbouw Organisatie.

Deze DLG heeft ook diverse wijnbouwers onder de haar leden, en organiseert wedstrijden - de DLG-Bundesweinprämierung - waarbij medailles te verdienen zijn: goud, zilver, brons. Wat de status van de DLG in wijnland precies is, is me nog niet helemaal duidelijk, maar de wijnen die ze presenteerden mochten er zeker zijn. Sommelier Yvonne Heistermann sprak met zeven jonge wijnbouwers onder de titel 'Gold Typen - Jungwinzer die Furore machen'. De meesten van hen komen ook voor in de Gault Millau Deutschland 2006, dus het zijn niet de minsten.
Ik was vooral getroffen door het zeer prettig drinkbare karakter van de wijnen. Geen toppers, naar mijn smaak, wel heerlijke drinkbare Rieslings die het hier in de slijterijen zeker niet slecht zouden doen.

Mijn vriendin Ariane kent de term boekenwijn: wijnen die je drinkt terwijl je een spannend boek zit te lezen. Je wilt wel kwaliteit en drinkgenot, maar bent teveel opgenomen in het boek om echt aandacht aan de wijn te schenken. De wijnen die de DLG presenteerde vond ik nu echt 'boekenwijnen': goede wijnen die absoluut de test van een aandachtige beoordeling zouden doorstaan, maar ook zonder schaamte weggeslobberd kunnen worden. Wat namen waar ik goede herinneringen aan heb: Patrick Philipps van Weingut Philipps-Eckstein in Graach aan de Moezel, Markus Klump van Weingut Klumpp in Bruchsal, Baden en Elmar Schauss van Weingut Schauss in Monzingen, Nahe.

De wijnen van de VDP-Winzer heb ik op Prowein niet geproefd, met uitzondering van die van Peter Jakob Kühn. Dit is het type wijn wat zich zeker niet als boekenwijn laat omschrijven; het zijn de wijnen waar meer aandacht voor nodig is. Zoals al uit mijn vorige bijdrage bleek, worden deze wijnen (in ieder geval de jaargang 2006) op Prowein eigenlijk te jong gepresenteerd, en zijn ze moeilijk te beoordelen. De stijl is vaak serieuzer, strenger dan wat ik bij de DLG-stand proefde. Tenminste, dat is mijn indruk.

Tot slot van mijn bezoek aan Prowein genoot ik in de stand van het Deutsche Weininstitut van diverse zomerse wijnen. Rosé is helemaal in, wat de 'serieuze' wijnwereld er ook van mag denken. Er stonden een twintigtal rosé's en sekts klaar, waarvan naar eigen inzicht en in eigen volgorde geproefd kon worden. De boodschap van het Instituut was duidelijk: denk straks op het terras en op het strand bij de picknick ook eens aan Duitse wijn. De keuze was ruim: rosé's van diverse druivensoorten, waaronder veel spätburgunder (pinot noir) en schwarzriesling (pinot meunier, een rode druif die ook voor Champagne gebruikt wordt). Ik was tamelijk onder de indruk van het gebodene, vooral van de Weissherbst en rosé van schwarzriesling. Weissherbst is de Duitse term voor vin gris, roséwijnen die nog net iets meer op witte wijnen lijken dan rosé.
Geen van de wijnen zou ik op het terras afslaan, al heb ik me wel afgevraagd wat ik nu liever drink: een Zuid-Franse rosé of een Duitse Weissherbst. Uiteindelijk denk ik dat de Franse rosé's meer waar voor hun geld bieden, en dat de Duitse rosé's het nog moeilijk krijgen op de internationale markt. Ze zijn goed, licht, combineren bij veel, maar smaken waarschijnlijk het beste in eigen land op zonnige terrassen.
En dat is eigenlijk de grote vraag op zo'n enorme beurs: hoeveel van de gepresenteerde wijnen verdienen het nu echt naam te krijgen op internationaal gebied? Ik zal hier later nog op terug komen.

Al met al was ik dinsdag zeer onder de indruk van de geboden Duitse wijnen. Niet voor niets zit de Duitse wijnexport in de lift. Van de topwijnen dreigen zelfs tekorten te ontstaan, sommige producenten moeten hun wijn op rantsoen zetten om alle gegadigden tevreden te stellen! Het Duitse Wijninstituut meldde onlangs trots de gestegen wijnexporten, ook naar Nederland. Ik hoop van harte dat veel Nederlandse slijters en wijnspeciaalzaken de weg naar de Duitse markt zullen weten te vinden. De wijnen verdienen het!

Met dank aan Riesling Partners voor de uitnodiging Prowein bij te wonen.

woensdag 21 maart 2007

Wijn is big business

Een nuttige ervaring, zo'n dagje Prowein. Als ik nog had gedacht dat wijn iets was voor kleine producenten die hun passie aan de man willen brengen, dan had ik na gisteren mijn beeld wel bijgesteld. Gelukkig dacht ik dat niet, maar de enormiteit van sommige stands op deze Europese wijnbeurs wees mij in ieder geval weer eens op de feiten: wijn is big business. In een proeverij met Georgische wijnen (waarover later uiteraard meer), werd zelfs gesteld dat de wijnbouw voor Georgië de motor van de economie is. En als je de diverse landenpresentaties zag, kun je je niet aan de indruk onttrekken dat dat voor veel andere landen in de wereld op zijn minst een beetje waar is. De enorme panelen van Wines from Portugal, de opvallende eenheid in presentatie van de Oostenrijke wijnboeren, de promotie van Australië en Argentinië: overal in de wereld zijn landelijke organisaties actief die de wijnen van dat land met kracht en geld promoten.

Zo'n dagje beurs is ook vooral als blogger een unieke ervaring. Het is namelijk een vakbeurs, dus standhouders gaan er min of meer vanuit dat je komt om te kopen. Uiteraard is er ook pers aanwezig, maar handel is wel de belangrijkste drijfveer. Gelukkig waren er diverse workshops waarin wijnen van een land, streek of samenwerkingsverband gepresenteerd werden, waardoor ik rustig wijn kon proeven. Natuurlijk zijn er ook kleine wijnboeren, die hun specialiteit van een heel bijzondere druif bekendheid willen geven. Met één van hen had ik een leuk gesprek, waarover later ook meer.

Een mooie uitvinding was de Verkostungzone of Tasting area in Hall 6. Rijen en rijen vol openstaande flessen, waar je in eigen tempo en zonder verder commentaar kunt proeven. Ik heb het bij drie witte wijnen gehouden, drie Albariño's uiteraard. Ik proefde de nummers 392, 393 en 394: Avian Albariño 2005 van Bodegas Castro Martin, 2005 Adegas d'Altamira Brandal Albariño en 2006 Albariño Burgans van Martin Codax. Deze laatste was echt de beste; hierin herkende ik de wijnen die ik onlangs ook proefde. Ed van Wijnerij wees me al op de Martin Codax, daar ga ik zeker eens achteraan.

Cees van Casteren schrijft op Perswijn dat hij het zo druk vond bij de Spaanse wijnen, in Hall 6. Eerlijk gezegd vond ik het daar - op dezelfde dag - uitermate stil. Voor mij gebeurde het allemaal in Hall 4, bij de Duitse wijnen. Ik ging er langs bij Weingut Peter Jakob Kühn en sprak met dochter Sandra, die mij drie nog geen week geleden gebottelde Rieslings liet proberen. Eerlijk gezegd vond ik ze nog wel heel erg jong, en misschien leden ze ook nog wel een beetje aan dat pas gebottelde (bottle shock noemen de Engelsen dat). Ik kom er later nog op terug in een apart blogje over alle moois uit Duitsland dat ik gisteren proefde.

Ik besluit deze eerste impressie met een opsomming wat je binnenkort in ieder geval kan verwachten: een verslag over de proeverij van Georgische wijnen, een kennismaking met de Ramandolo en de Picolit, een bijdrage over Duitse wijnen in het algemeen en de introductie van de Wild Muscat van Weingut Amalienhof in Heilbronn.

Met dank aan Riesling Partners, importeur van mooie Duitse wijnen, voor de uitnodiging Prowein te bezoeken.

maandag 19 maart 2007

Prowein 2007

Van 18 tot 20 maart kun je in Düsseldorf terecht voor de grootste wijnbeurs van Europa, zoniet van de wereld. Morgen zal ik een bezoek brengen aan Prowein. Vroeg op, ICE van Utrecht naar het Hauptbahnhof in Düsseldorf en me dan vanaf 9.00 uur tot 15.00 onderdompelen in wijn, wijn en wijn.

Volgens eigen zeggen is Prowein de belangrijkste beurs voor wijn en gedestilleerd. Naast de Europese wijnproducerende landen zullen ook landen uit de Nieuwe Wereld en nieuwkomers als China en Brazilië zich presenteren. Zelf ben ik wel benieuwd naar de presentatie van 'traditionals' als Georgië, Moldavië en andere Oost-Europese landen. De wijnbouw is daar al heel oud, maar in West-Europa horen we er weinig van.
Ik kan langs gaan bij 3043 verschillende standhouders uit 43 verschillende landen. Alleen al uit Duitsland zijn er 786 exposanten, uit Frankrijk 482 en uit Spanje 286. De overzeese werelddelen zijn aanwezig met 188 vertegenwoordigers.

Enige voorbereiding voor het bezoeken van zo'n beurs is wel gewenst. Gelukkig is er een website met een evenementenprogramma en kun je een catalogus kopen met alle exposanten. Ik ben van plan een aantal workshops te bezoeken, onder andere over de wijnen van Georgië, over een tweetal zoete Italiaanse wijnen uit Friuli en een proeverij waarbij je kennismaakt met zomerse wijnen uit Duitsland (rosé bijvoorbeeld). Verder is het algemene proefthema Riesling en aanverwante druiven, dus dat trekt me ook wel.

De camera en het notitieblok gaan mee; verwacht de komende tijd op Wijnkronieken dus een aantal impressies van trends in de wijnwereld van 2007, impressies van een gigantisch wijnevent en notities over geproefde rariteiten. Bis später!

zondag 18 maart 2007

Hardgekookt ei en schuim

Dat was even schrikken gisterenavond! We hadden ons verheugd op een lekker glas Spaanse rode wijn. Jong, fris, krachtig, gekocht op een proeverij een paar weken geleden en hopelijk lekker bij vlees van de grill.

Maar er kwam ons een lucht van gekookte eieren tegemoet uit de fles: zwavel dus. Wat nu, vroegen we ons af? Drinken we dit op, spoelen we het weg, wat doen we met die fles? We decanteerden de wijn in een karaf, in de hoop dat de lucht wegtrok. Omdat we twijfelden over die ene fles, maakten we een tweede fles open van dezelfde wijn en die had hetzelfde euvel. Inmiddels hadden we de wijn ook geproefd en hij leek niet op de wijn die we een paar weken geleden hadden leren kennen op een proeverij.

Op de vloeistof in de karaf stond inmiddels een schuimend randje en toen begon het ons te dagen. Al pratende en denkende kwamen we tot de volgende conclusie: de wijn, uit 2003 notabene, was een beetje aan het nagisten – vandaar het schuimende kraagje. De makers hadden dit probleem onderkend en er een forse dosis sulfiet aan toegevoegd. Dat veroorzaakte die lucht van gekookte eieren.

We hebben de tweede fles weer helemaal gevuld en goed afgesloten, voor over een paar dagen. Van de eerste fles hebben we onze glazen volgegoten en die even een half uurtje laten staan. Bij het eten herkenden we de wijn weer die we hadden willen drinken.

Nu vragen we ons alleen af hoe dat nu toch kan: een wijn uit 2003 die nog nagist op de fles? Koolzuurgas in de wijn als gevolg van nagisting is bekend; bij Duitse wijnen is er zelfs een woord voor, 'spritzig'. Maar is het normaal dat nagisting zo lang doorgaat? Onze wijnboeken boden niet direct hulp, maar misschien een oplettende lezer? Je kunt nog zoveel over wijn en wijnmaken lezen en leren: eigenlijk weet je nooit alles, dat blijkt maar weer.

vrijdag 16 maart 2007

Groene wijn voor St. Patrick's Day

Sinds kort ben ik geabonneerd op Natalie McLean's Newsletter. Deze week geeft zij een aantal 'groene' wijnen ter ere van St. Patrick's Day. Officieel is dat op 15 maart, maar als je dit weekend toevallig in New York of een andere grote Amerikaanse stad bent, kun je nog genieten van de enorme parades ter ere van deze Ierse heilige. Traditioneel wordt natuurlijk bier of whisky gedronken, maar bij het Ierse pub-eten smaakt een glas 'groene' wijn ook prima.

Natalie McLean, een jonge Canadese wijnschrijfster met eigen populaire site en een aardig boek op haar naam, doelt daarbij op frisse, jonge wijnen met hoge zuren, zoals Grüner Veltliner, Sauvignon Blanc uit Nieuw Zeeland of Italiaanse Verdicchio. Bij gerechten als Shepherd's Pie of Cabbage with corned beef (Groene kool met corned beef) lijken het me uitstekende combinaties, mijn eigen Herberg waardig. Volgend jaar met St. Patrick's Day zullen we er eens aandacht aan besteden.

Zelf denk ik bij groene wijnen het eerst aan Welschriesling, de wijn waar ik vorige lente veel aandacht aan heb besteed. Vanavond ben ik de lente dan ook maar in stijl (en misschien wat te vroeg, als ik Erwin Krol mag geloven) begonnen: bij een groene salade van winterpostelein, kaas, ei, ui en dressing dronken we de laatste Welschriesling van vorig jaar, Pole Position 2005 van Willi Opitz, wijnmaker aan de Neusiedlersee in Oostenrijk. Een fantastisch frisse wijn met een geur van groene appels, slechts 11,5% alcohol en ook na ruim een jaar in de fles nog heerlijk drinkbaar.

Ben je op zoek naar lekkere terraswijnen voor binnenkort of geef je morgen een St. Patrick's feestje en wil je geen Guiness of whisky serveren, denk dan eens aan een Welschriesling. Diverse importeurs van Oostenrijkse wijnen hebben ze in het assortiment. Je kunt op Wijnkronieken zoeken naar Welschriesling, maar ook de database van het Wijninformatiecentrum raadplegen. Tik in die database Welschriesling in en vindt alle importeurs die deze heerlijke voorjaarswijn in Nederland aanbieden. Ik ga zelf ook maar weer eens wat aanschaffen!

donderdag 15 maart 2007

Jurken van wijn

Als je nu echt niets meer weet te doen met een pallet slechte wijn, is het onderstaande misschien een idee voor je: maak er een hele artistieke jurk van! Gegarandeerd dat het stof tot discussie oplevert.

Gary Cass, onderzoeker aan de University of Western Australia, had ooit opgemerkt dat wanneer wijn in azijn verandert, er een slijmerige, rubberachtige laag bovenop de vloeistof ontstond. Deze laag bestaat uit cellulose, dat in het proces van azijnmaken ontstaat als afvalproduct.

Cass en zijn collega's werken aan een project dat alternatieven zoekt voor de traditionele producten die voor kleding gebruikt worden. Ze namen de slijmerige massa uit de wijnvaten, drapeerden die over een opblaaspop en lieten de pop vervolgens weer leeglopen. Voila, de mode van het nieuwe seizoen....
Helaas moet de jurk van wijn wel nat blijven, want als hij uitdroogt wordt het materiaal zo dun dat de stof scheurt.

Misschien een goede oplossing voor de Franse wijnplas; de Parijse haute couture steekt de helpende hand uit naar de Franse wijnboeren?

Bron: News in Science

woensdag 14 maart 2007

'Quest for the Albariño'

Niet veel wijndrinkers zullen zich er druk om maken: een witte wijn uit Spanje die onder kenners goed bekend staat maar hier nauwelijks te krijgen is. De gemiddelde wijndrinker zal denken: 'Wat interesseert mij nou zo'n alba-dinges'. Maar voor idioten zoals ik kan zo'n wijn van een onbekendere druivensoort die regelmatig in de pers genoemd wordt maar hier mondjesmaat te vinden is, een soort queeste worden. Een kwellende zoektocht, op jacht naar Albariño..... Inmiddels heb ik twee verschillende Albariño's geproefd, maar de fascinatie blijft.

Ik denk dat ik er hooguit een jaar geleden voor het eerst van hoorde. Uit Galicië, de noordwestelijke natte en groene uithoek van Spanje waar ook Santiago de Compostela ligt, komt ook wijn, en sinds een paar jaar zelfs goede wijn. Galicië kent een handjevol wijngebieden, zelfs afgebakende wijngebieden of DO's, waarvan de Rías Baixas aan de kust net ten noorden van de grens met Portugal inmiddels de bekendste is. En uit die Rías Baixas komt een bloemige witte wijn met frisse zuren van de albariño-druif; deze druif staat aan de andere kant van de grensrivier de Minho, in Portugal, bekend als alvarinho. Er wordt Vinho Verde van gemaakt.
Er is ook een verhaal dat de druif in de Middeleeuwen door Duitse monniken op pelgrimstocht naar Santiago is meegebracht: alba rino = witte van de Rijn. Dit verhaal is leuk om op door te fantaseren, maar helaas niet verder onderbouwd.

De eerste Albariño die ik dronk was uitstekend; dat was het restaurant waar ik hem dronk ook wel aan zijn stand verplicht. De Terras Gauda o Rosal die ik bij Karel V dronk, beschreef ik al eerder. Het was een bloemige wijn, met wat perzik en zwoele zomerbloemen in de neus. In de mond had de wijn een heel romig gevoel. Echt een wijn voor bij coquilles St. Jacques in roomsaus - toepasselijk voor een wijn uit het gebied in de buurt van de pelgrimsstad van St. Jacob ;-)

De tweede Albariño dronk ik afgelopen vrijdag, en ook dit was weer een aparte ervaring. Het ging om een Albariño Viña Araujo 2005 van José Araujo Peña in Pontevedra. De wijn was nog vrij koud bij de eerste slokken en we vonden hem niet bijzonder. Heerlijk om te drinken op een terras in Galicië, maar geen wijn om naar Nederland te halen en er 10 euro voor te moeten betalen. De wijn had een lichte geur van peer en appel en een heel prettig en bescheiden aroma. We vonden het gewoon een goed gemaakte frisse, lichte witte wijn.

Totdat we hem aan het eind van een proefsessie met wat stevige rode wijnen nog eens inschonken en proefden. Uiteraard was de wijn nu opgewarmd, en uit het glas kwam ons een heel andere wijn tegemoet. Veel zwoeler, met nog sterker de lucht van peer, maar ook een aroma alsof de druiven wat 'last' gehad hadden van botrytis, de edele rotting die zorgt voor mooie zoete wijnen. Eerlijk gezegd bleef deze Viña Araujo goed overeind na al het rode geweld dat we geproefd hadden. Nu zou ik hem zeker kopen, ook voor 10 euro! Echt een wijn om samen met een vriendin te drinken, bijkletsend over mannen, filmhelden en lekkere recepten.

Als ik nu terugdenk aan de twee Albariño's die ik dronk, is het erg moeilijk daar over zo'n afstand in tijd nog overeenkomsten in te vinden. Eigenlijk wil ik binnenkort eens een paar Albariño's naast elkaar kunnen zetten, en voor de grap dan ook wat Vinho Verde van alvarinho aan de proeverij toevoegen. Als het lukt om wat flessen te pakken te krijgen, nodig ik wat vriendinnen uit, in ieder geval mijn dierbare kok en medewaardin van Herberg de Ketel en de Kurk! Want bij een Albariño zijn heerlijke gerechten te bedenken.

Meer weten over de albariño? Gert Crum schreef een aardige bijdrage in de Spanje-special van Perswijn (december 2006).

zaterdag 10 maart 2007

Proeven = hard werken

Over het algemeen proef ik een wijn om hem later ook zelf te kunnen drinken. Dat er echter ook andere manieren van proeven zijn, leerde ik afgelopen vrijdag. Samen met een wijnhandelaar nam ik in klein gezelschap een aantal proefflessen door.

Regelmatig komen er producenten of vertegenwoordigers van producenten langs bij de wijnhandelaar, met de vraag om zijn wijnen eens te proeven; misschien is het wat voor de firma..... Het ging mij vooral om de kans eens een albariño te proeven, een witte wijn die gemaakt wordt in de Rias Baixas in Noord-Spanje (Galicië) en die erg in opkomst is. Maar het bleef niet bij die albariño. We proefden een heel assortiment: vooral Spaanse en Franse roden. Het grappige was dat, hoewel we de meeste wijnen allemaal wel aardig vonden en sommigen zelfs heel goed, er toch maar nauwelijks één was die mogelijk in het assortiment opgenomen zal worden. Het waren goed gemaakte wijnen, maar ze sprongen er geen van allen uit. De wijnhandelaar had al iets vergelijkbaars in het assortiment, of de prijs-kwaliteitverhouding klopte niet, of de wijn had het toch net niet voor het grote(re) publiek. Of, wat ook voorkwam, had juist veel te veel voor het grote publiek, maar was dan in prijs weer te hoog.

Kortom: wij wijndrinkers hebben wel eens het idee dat een wijnhandelaar heerlijk op vrijdagmiddag aan de gratis proefflessen begint, maar zo'n sessie is hard werken! Uit die enorme zee van wijn telkens maar weer die wijnen te kiezen die een aanwinst zijn voor je assortiment, waar de klanten naar blijven vragen: het is geen geringe opgave. Gratis proefflessen ontvangen lijkt leuk, maar na de zoveelste fles die het toch net niet is, word je er ook echt moe van.
Bovendien moet je bij zo'n proefsessie steeds geconcentreerd blijven, niet rustig achterover leunen en genieten. De wijn moet geproefd worden met in je achterhoofd heel diverse vragen. Wat vinden mijn klanten lekker? Levert dit domein wel kwaliteit over een aantal jaren? Voegt deze wijn iets toe aan mijn assortiment? Is de verkoopprijs die ik moet rekenen wel in verhouding met de kwaliteit?

Het was een leerzame middag, waarop ik weer op een heel andere wijze naar wijn heb leren kijken. En de albariño? Daarover morgen meer.

Geproefd: Peter Lehmann Barossa Grenache 2004

Meestal schrijf ik niet over wijnen die niet bevielen. Voor de Barossa Grenache 2004 van Peter Lehmann maak ik echter een uitzondering. Het beloofde namelijk een leuke fles te worden: goede wijnmaker, bekende streek, druivensoort die me wel aanstaat. Bij de boerenkool met worst zou zo'n pittige grenache - een druivensoort die het in de Rhône en Zuid-Frankrijk heel goed doet - toch hebben moeten smaken.

Helaas niet deze Australische grenache: je verwacht bij een grenache een kruidige, pittige geur met lekker rood fruit. Hier echter was alleen wat vaag zwart fruit de herkennen: zwarte bessen, donkere kersen. Verder had de wijn een vrij sterke alcohollucht, prikkend in de neus. Er was ook wel wat witte peper in te herkennen, maar ook die geur te overheersend. De smaak was scherp, hard, mede door het hoge alcoholgehalte van 14,5 %; het was een onaangenaam harde wijn.
Jammer van deze fles, die ik cadeau had gekregen en waar zowel de gever als de ontvanger hoge verwachtingen van hadden gehad. Wat mij betreft geen aanrader.

donderdag 8 maart 2007

Wijn in de ruimte

'Daar moet je over bloggen, mam. Wat zou daar nou bij smaken?' Aldus mijn zoon gisterenavond, na het nieuwsbericht over haute cuisine in de ruimte. Chef Alain Ducasse heeft in samenwerking met de ESA en de Franse ruimtevaartorganisatie CNES maaltijden voor astronauten ontwikkeld. Het nieuws is al wat ouder overigens, een leuke site voor kids meldt het al op 4 december 2006.

Gisterenavond zagen we de astronauten dus aan de kwartel in rode wijnsaus, uit een zakje met ventiel. De heren misten echter nog iets: ze hadden er in het vervolg graag ook een fles wijn bij! Zie je het voor je? De wijn zit dan waarschijnlijk in een kartonnen pakje of een zakje en je drinkt het met een rietje.
Maar, zoals mijn zoon al aangaf, wat zou daar nou smaken, bij die maaltijden in de ruimte? Voor vliegtuigmaatschappijen worden wijnen geselecteerd met een krachtige, onderscheiden smaak, omdat er anders niet veel te genieten valt. Het heeft iets te maken met de luchtdruk in het vliegtuig en de grote hoogte. Ooit heeft Perswijn er een artikel aan gewijd, wat echter uitblonk in nietszeggendheid.
Ik ben wel geïnteresseerd van iemand te horen wat de omgeving van een Spaceshuttle of ander ruimteschip met de smaak van wijn zou doen. Wie legt het hier eens voor me uit?

Zelf stel ik me zo voor dat ik daar niet al te alcoholische, krachtig smakende wijnen wil drinken: een goede Grüner Veltliner, of een Spaanse rode van maximaal 13% bijvoorbeeld. Maar ik hoor graag jullie meningen. Barst maar los!

woensdag 7 maart 2007

Levensgeschiedenis E. & J. Gallo

Je kunt er niet onderuit: alle wijnblogs melden het. Ernest Gallo is op 97-jarige leeftijd overleden. Samen met zijn broer Julio was hij de oprichter van E. & J. Gallo, waarvan de wijnen over de hele wereld in vele supermarkten verkrijgbaar zijn. Als geen ander hebben de Gallo's wijn gepopulariseerd, zeker in Amerika.

Wat de berichten echter niet vermelden, is dat in 1994, na de dood van Julio, een levensgeschiedenis van de broers verscheen, geschreven in samenwerking met Bruce B. Henderson. Het boek wordt op Berkeley, de bekende Californische Universiteit, aangeraden als studiemateriaal bij de Suggested Sources for Wine History. Kijk, dat lijkt me nu een prachtig boek. Als ik straks in Californië aan het strand lig, heb ik dat boek in mijn hand, en staat er naast me een lekker glas wijn. Ter nagedachtenis aan Ernest en Julio Gallo, 'helden' van de wereldwijngeschiedenis.

Gallo, Ernest and Julio with Bruce Henderson, Ernest & Julio Gallo: Our Story, New York: Random House, 1994

Riesling en Riesling

Er is Riesling en Riesling, de echte liefhebbers weten dat al. Maar het blijft altijd leuk twee heel verschillende typen naast elkaar te zetten en dan te vergelijken. Onlangs kreeg ik de kans een uitstekende Australische Riesling naast een uitstekende Duitse Riesling te zetten. We dronken ze zowel bij Riesling-kaassoep met brood (op zondag) als bij Aziatisch gekruid varkensvlees met paksoi en champignons (op maandag).

Allereerst de wijnen: het ging om The Lodge Hill Riesling 2004 van Jim Barry Wines uit Clare Valley, Australië en Quarzit Riesling trocken 2004 van Peter Jakob Kühn uit de Rheingau, Duitsland. Beide flessen waren afgesloten met moderne sluitingen: een schroefdop voor de Lodge Hill en een kroonkurk met plastic dopje erover voor de Kühn. Die laatste sluiting had ik op een wijnfles eigenlijk nog nooit gezien, erg verrassend. Het plastic dopje hersloot de fles echter voldoende om ook de volgende dag nog van de wijn te kunnen genieten.

Niet eerder heb ik zulke verschillende wijnen van één en dezelfde druivensoort naast elkaar geproefd. De Lodge Hill was een stevige, stoere Riesling, met nu al kerosine - de bekende gôut de petrol - in het aroma (wat meestal pas bij oudere Riesling voorkomt). We proefden verder veel fruit, vooral citrus. Dit was echt een Riesling om indruk mee te maken, om iemand van zijn sokken te blazen. Je moet er van houden (wat wij doen), anders kun je deze heftige stijl minder waarderen. Nico vond hem veel weg hebben van een Elzasser Riesling; we waren het er in ieder geval over eens dat deze wijn het goed zal doen bij stevige Europese gerechten als zuurkool of bij vis, en dan vooral smaakvolle soorten of zelfs gerookt.

De Duitser was daartegenover veel liever, zonder een snoepje te worden. Echt een cadeautje voor een vrouwelijke jarige! Heerlijk fris fruit, erg in balans, heel verfijnd en vooral een uitstekende combinatie met het Aziatisch gekruide eten. Eigenlijk hadden we dat nooit eerder geprobeerd, Riesling bij Aziatisch eten, maar het beviel ons uitstekend.

Beide wijnen zijn gemaakt door gerenommeerde producenten: Kühn krijgt in de Gault Millau Deutschland 2006 vier druiventrosjes, wat staat voor excellente bedrijven, te rekenen tot de top van Duitsland's producenten. Sinds 200 jaren houdt de familie Kühn zich met wijnbouw bezig. Inmiddels is de elfde generatie actief. Recent heeft dochter Sandra, na het behalen van haar diploma oenologie in Geisenheim, het team versterkt. Er wordt 15 ha bewerkt, die voor 83% met riesling- en 17% met spätburgunderdruiven beplant zijn. Twee derde van de oogst betreft droge wijnen. De basis van de kwaliteit van de wijnen van Peter Jakob Kühn ligt in de intensieve manier waarop hij de wijngaarden verzorgd, de selectieve oogst, grotendeels met de hand en de zorgvuldige manier waarop hij zijn wijnen, met natuurlijke gisten, spontaan vinifieert.

Het bedrijf van Jim Barry in de Clare Valley in Zuid-Australië wordt inmiddels voortgezet door zijn zonen; het behoort tot de beste en bekendste van Australië. De Clare Valley staat bekend om zijn riesling, die hier al generaties lang verbouwd wordt, zelfs al in de 19e eeuw.
In de hete vallei liggen de wijngaarden van Jim Barry Wines in een koeler en hoger gelegen deel, wat de Riesling ten goede komt.

The Lodge Hill wordt geïmporteerd door Verbunt Wijnkopers, Peter Jakob Kühn door RieslingPartners en Co. Beide wijnen zijn onder andere hier te koop.

dinsdag 6 maart 2007

De twee opa's

Langs de Duero in Spanje wonen twee tevreden opa's: José Pariente en Elias Mora. Op hun naam staan namelijk twee fantastische wijnen, gemaakt door de 'kleindochters' Victoria Pariente en Victoria Benavides, beter bekend als de Dos Victorias. De wijngaarden van José en Elias leveren al veel langer druiven, maar in het verleden werden die altijd verkocht aan de coöperaties en bodega's. Nooit zagen zij van hun eigen druiven een fles wijn terug; die verdwenen op de grote ingekochte hoop van een wijnmaker. Maar nu dus niet meer. José Pariente had het makkelijker dan Elias Mora: José had een kleindochter Victoria die in 1998 wijn besloot te gaan maken. Elias had niet zo'n kleindochter, maar werd verrast door het aanbod van die andere Victoria om zijn wijngaarden over te nemen. Met tranen in de ogen heeft hij de eerste flessen ontvangen en gedronken, zo wordt verteld.

Dit prachtige verhaal en deze prachtige wijnen stonden afgelopen zondag centraal op een bijzondere wijnproeverij bij Van Wageningen en de Lange in Utrecht. Gert Crum vertelde ons kort maar heel krachtig hoe het er met de Spaanse wijnbouw voorstaat; hij kenschetste Spanje als het boeiendste wijnland van dit moment. En nadat we de 20 wijnen op de proeftafel geproefd hadden, konden we dat alleen maar beamen.

De spannendste wijngebieden van dit moment zijn wel die langs de rivier de Duero, die in Portugal in zee uitmondt als de Douro. Van west (bijna tegen de Portugese grens) naar oost liggen daar Toro, Rueda en Ribera del Duero, allemaal gebieden waar HET op dit moment gebeurd. Zoals het verhaal van José en Elias al vertelt: tot 1975 kende Spanje eigenlijk alleen maar kleine druiventelers die hun druiven aan de coöperaties verkochten; die maakten er goedkope wijn voor binnenlandse consumptie van. Met de dood van Franco verdween deze gang van zaken al snel. Europese subsidies maakten de Spaanse wijnbouw in korte tijd tot de interessantste van Europa, waar technieken uit de zogenaamde Nieuwe Wereld heel snel ingang vonden (irrigatie, koeling van de most e.d.).
Tot 2000 bleef er vooral aandacht voor die nieuwe wijnmaaktechnieken, maar inmiddels is er ook een groeiende bewustwording van het belang van de kwaliteit van het fruit. Wijn wordt gemaakt in de wijngaard, niet in de kelder, aldus Crum. Het bedrijf Dos Victorias is daarvan een goed voorbeeld.

We proefden van deze dames de José Pariente 2005, een fantastisch lekker witte wijn waar je indruk mee maakt op iedere wijnliefhebber die bij je op bezoek komt. Hij is gemaakt in de DO Rueda van de druivensoort verdejo (niet dezelfde als verdelho van de madera en uit Australië), een van de spannendste inheemse Spaanse druivensoorten. Met deze wijn kun je bij iedere wijnliefhebber aankomen; hij smaakt heerlijk vol en fruitig en er is een prachtig verhaal bij te vertellen (zie hierboven).

Ook in de DO Toro maken de Dos Victorias wijn: de krachtige rode crianza en semi-crianza Elias Mora. We proefden van de semi-crianza de jaargang 2005, van de crianza de 2001. Beide zijn fantastische rode wijnen, met veel pit, kruidig en geconcentreerd en aan te raden bij een mooie stoofpot of een goed stuk vlees. Wil je je wijnliefhebbende baas wat onder zijn kin kietelen, neem dan absoluut van deze opa een fles mee!

De andere 17 wijnen op de tafel waren ook allemaal even goed en aantrekkelijk. De prijzen liggen zo rond de 10 euro, vaker eronder dan erboven. Ik kan met Gert Crum alleen maar concluderen dat Spanje inderdaad een wijnland is om de komende tijd goed in de gaten te houden.

zondag 4 maart 2007

Gesignaleerd: wijngelei

Tussen de stapels leesvoer zat dit weekend het magazine van de Bijenkorf. In de rubriek Taste trof ik daar een bijzonder product: wijngelei van De Librije. Jonnie en Thèrese Boer verkopen in hun winkel drie geleisoorten gemaakt van wijn: Traminer Beerenauslese-, Zweigelt- en Eisweingelei. Wat er niet bijstond, maar wel uit de afbeelding is af te leiden, is dat de wijngelei afkomstig is van de beroemde Weense firma Staud, al sinds de dagen van het Oostenrijks-Hongaarse rijk in bedrijf. Staud maakt jam's, marmelades, gelei en vruchtensiropen.De wijngelei's zijn gemaakt in samenwerking met een van Oostenrijk's bekendste wijnmakers, ook internationaal, Aloïs Kracher. Kracher maakt wijn langs de Neusiedlersee, een groot ondiep meer op de grens met Hongarije. Uit dit gebied komen de meest fantastische zoete wijnen en samen met zijn familielid Willi Opitz staat Kracher aan de top van producenten die zoete wijnen maken: Beerenauslese, Ausbruch, Eiswein, Strohwein (wijnen waarvan de druiven gedroogd zijn op matten van stro) en vele andere specialiteiten.

Eigenlijk ben ik wel heel benieuwd naar de smaak van deze gelei's; zou je daar nu ook echt de diverse druivensoorten uithalen? Traminer is een witte druif, Zweigelt een specifiek rode Oostenrijkse soort. Waar de Eisweingelei van gemaakt is, heb ik niet kunnen achterhalen. Hij moet in ieder geval erg zoet zijn. De gelei's worden vaak geserveerd bij vleesgerechten, bij foie gras of bij een kaasplankje. Ook over het ijs schijnt het lekker te zijn.
In Herberg De Ketel en de Kurk tref je een recept aan om wijngelei te maken, plus nog wat meer tips waarbij je de gelei kunt serveren.

Kracher werkt niet alleen samen met Staud op het gebied van gelei; ook met een kaasmaker, een azijnbereider en een chocolatier worden heerlijke wijngerelateerde producten gemaakt. Wat zijn er toch een lekkere dingen op de wereld.....

zaterdag 3 maart 2007

Goede Hema-wijn: Feudo di Sicani

De Hema heeft de beste wijninkopers, werd onlangs verklaard in Foodpersonality. Ik schreef er al over op Winelog. Als dat dan zo is, dacht ik bij mezelf, dan wordt het toch weer eens tijd een wijn van de Hema uit te proberen. In het verleden kochten we er vaak. Onze wijnhobby is zelfs begonnen met een wijnproeverij bij de Hema in de jaren tachtig. Om wat bij te verdienen werkte ik als student achter de kassa van de Hema en werd daarom ook uitgenodigd voor een personeelsproeverij onder leiding van de toenmalige wijninkoper. We waren erg onder de indruk van de Australische wijnen, kan ik me nog herinneren.

Recent heb ik nog wel eens Les Douze, een mooie wijn uit Fitou, op. En bij de eerste Wine Blogging Wednesday namen we een rosé van de Hema, Le Passé Authentique 2004 of 2005, die er naast de La Tulipe rosé van Ilja Gort helemaal niet slecht vanaf kwam. Aangezien ik rood en rosé van de Hema had gehad, was het nu tijd voor een witte wijn. 's Avonds stond pasta-pompoen-courgetteschotel met kaas op het menu, dus iets wits zou wel kunnen. Ik koos de Feudo di Sicani 2005 uit Sicilië, gemaakt van de onbekende druivensoort grillo.

En eerlijk is eerlijk, dit was een prima wijn. Heerlijk voor alle dag, een prima begeleiding van ons vegetarische pompoengerecht met kerrie. Droog, met een frisse indruk en een geur van gedroogde abrikozen en soms wat tijm. Nicolaas Klei heeft hem dan ook bekroond met bijna vier glaasjes in de Supermarktwijngids 2007. Op Winelog zal ik wat meer ingaan op de beoordeling van Klei versus onze eigen notities. Hier nog even wat informatie over de druivensoort en over Sicilië als wijngebied.

Moderne wijnbouw in Sicilië begon eigenlijk met de komst van de firma Planeta in 1995. Zij maakten wijnen van uitstekende kwaliteit en zijn nog steeds de belangrijkste en beste firma op het eiland. Uiteraard hebben andere bedrijven van de belangstelling voor Siciliaanse wijnen van Planeta geprofiteerd; het gebied is erg in opkomst. De Feudo di Sicani is een landwijn uit Salemi, dat in 1996 deze IGT (Indicazione Geografica Tipica)-status kreeg. Veel van de verbouwde druiven zijn uniek voor het eiland; de grillo is daar een goed voorbeeld van. De grillo wordt ook gebruik in marsala, een zoete wijn die ergens tussen sherry en madera in zit qua smaak. Oorspronkelijk werd de wijn geëxporteerd via Marsah-el-Allah, een oude havenstad gebouwd door de Arabieren. Vandaar de naam.

Heeft de Hema de beste wijninkopers? Ik durf het niet te beweren, maar ze hebben in ieder geval inkopers met een goede neus voor aparte wijnen.

Een frisse hypocras

Hoe zou wijn gesmaakt hebben zes eeuwen geleden? Hoe smaakte de malvizeien (malvasia) en de hypocras die het Utrechtse stadsbestuur regelmatig dronk tijdens vergaderingen? We hebben nauwelijks een idee, maar proberen natuurlijk wel of we er achter kunnen komen.
Deze zomer namen we uit la Cavalerie, een Tempelierstadje op de Larzac, een fles van de de firma L'Espaviote mee. De fles was gelabeld Hypocras des Pays d'Oc en werd aangeschaft in een wat morsig winkeltje met Tempeliersouvenirs.
Enige weken geleden hebben we hem eens geopend: we hoopten een heerlijk koel aperitief te gaan drinken. Dat bleek een klap in het gezicht. De gekruide wijn had een zepige, vieze smaak, waarin nauwelijks de op het etiket aangeduide kruiden te herkennen waren. De smaakmakers zouden moeten zijn: kaneel, gember, nootmuskaat, kardemom, honing, suiker, rozenwater, sinaasappel en foelie. Misschien wel erg veel kruiderijen....
We hebben de fles nog staan, en denken erover hem te mengen met wat port. Misschien dat dat de smaak wat ophaalt.

Gisteren heb ik geproefd dat hypocras ook heerlijk kan zijn. Tijdens een feestelijke bijeenkomst ter ere van 20 jaar Madoc, Tijdschrift over de Middeleeuwen werden middeleeuwse hapjes geserveerd en werd een glaasje hypocras geschonken. De hapjes en de wijn waren afkomstig van Christianne Muusers, die zich al vele jaren bezig houdt met eten en drinken uit de Middeleeuwen. Zij wist mij te vertellen dat de hypocras die op de borrel geschonken werd, gemaakt was door kruiden in koude wijn te laten trekken. Dit is een groot verschil met bisschopswijn bijvoorbeeld; bij de bereiding daarvan wordt de wijn verwarmd. De geserveerde hypocras had een heel frisse en licht gekruide smaak en had ook duidelijk een goede wijn als basis. Een middeleeuws Frans recept gebruikt wijn uit Beaune, Bourgogne dus, en voegt slechts kaneel, gember, laos (gemalen galanga) en suiker toe.
Zoals Christianne zegt: een hypocras is zo goed als de gebruikte wijn. Gebruik je hoofdpijnwijn, krijg je ook hoofdpijnhypocras. Op Christianne's site Coquinaria vind je nog veel meer leuke recepten voor middeleeuws eten en drinken.

In het themanummer Zintuigen in de Middeleeuwen, dat ter ere van 20 jaar Madoc verscheen en dat gisteren gepresenteerd werd, staat voor liefhebbers van wijngeschiedenis nog een leuk artikel. Job Weststrate schreef over 'Rotte vis en zure wijn. Houdbaarheid, bederf en manipulatie in de Middeleeuwen'. Madoc is een uitgave van Uitgeverij Verloren en kost € 8,-.

donderdag 1 maart 2007

Feudo di Sicani

Help, ik heb even een stukje tekst nodig! Vanavond proefde ik de Feudo di Sicani 2005, aangeschaft bij de Hema. Een prima wijn, maar ik wil graag kijken wat Nicolaas Klei erover schrijft. Ik dacht dat ik de Supermarktwijngids 2007 in huis had, maar het bleek de editie van 2006. Wie mailt mij even uit de gids van 2007 het stuk over de Feudo di Sicani, onder Hema - Italië - wit?