Wijnwaardering in de Middeleeuwen
In mijn vorige blogje meldde ik een goed artikel over wijnrecensenten. Dat artikel van Alder Yarrow was weer gebaseerd op een artikel in de Herald Tribune van 26 december, waar Tom Standage ingaat op de status van wijn. Zonder nu direct een apologie voor Robert Parker te geven, legt Standage uit dat het toekennen van een bepaalde score of status aan een wijn niet iets van deze tijd is, maar al bij de Egyptenaren en de Romeinen voorkwam.
Standage noemt ook de middeleeuwse literaire traditie die in bijvoorbeeld La bataille des vins (De strijd tussen de wijnen) een hiërarchie aanbrengt in wijnen uit diverse streken waar de (rijke) middeleeuwer over kon beschikken.
Toevallig las ik recent een heel goed artikel over deze zogenaamde ‘wijndiscoursen’, van de hand van de Antwerpse emeritus-hoogleraar Raymond van Uytven. Het zijn vooral de Vlamingen die in onze contreien het meest op het gebied van de middeleeuwse wijnhistorie gepubliceerd hebben. Nederland kent geen of nauwelijks historici van naam die zich met wijn en wijngeschiedenis bezighouden. (Past wel in het traditionele beeld van Bourgondische Belgen en Calvinistische Hollanders, toch?)
Het gedicht La bataille des vins werd geschreven door Henri d’Andeli omstreeks 1225 en beschrijft de wedstrijd tussen een zeventigtal voornamelijk witte wijnen. Zij strijden met elkaar om de eer om opgediend te worden aan de tafel van koning Philip Augustus van Frankrijk. Toppers die uiteindelijk door de koning bekroond worden zijn de wijn van Cyprus, ‘qui resplendit come une estoile’ en de ‘bon gentil vin’ van Aquilea (aan de Noord-Adriatische kust). Zij golden vooral vanwege hun zoetheid en kracht als grote wijnen.
Opvallend is ook de gedetailleerde terminologie in dergelijke middeleeuwse wijngedichten. Daaruit blijkt dat de middeleeuwer helemaal niet zo’n boer was ten aanzien van zijn wijn als wij soms denken. Een net zo uitgebreid apparaat van termen om geur, smaak en kleur van wijn te beschrijven was voorradig.
In La Desputoison du Vin et de l’Laue (eerste helft 14e eeuw) wordt de wijn van Auxerre (!) als volgt beschreven:
Ik ben klaar, sprankelend in het glas,
fijn, verfrissend, droog en fruitig, glitterend,
delicaat, smaakvol en onstuimig.
De middeleeuwer kende zijn wijnen, wist er onderscheid in te maken, wist welke bewaard kon worden en welke men onmiddellijk moest drinken. Hij lengde zijn wijnen soms aan met water, maar lang niet altijd, zeker niet als een wijn van een gerenommeerde herkomst was.
Wisten wij nu ook nog maar wat er soms met die middeleeuwse wijnaanduidingen werd bedoeld. Een voorbeeld: in veel bronnen komt de ‘garnaat’ voor. Van Uytven identificeert dit als een zoete sterke wijn mogelijk afkomstig van Granada in Spanje. Een andere Vlaming, Ronald de Buck, die een prachtig boek over de wijnhandel in Gent schreef, houdt het voor de garnaat op een vruchtenwijn, gemaakt van de granaatappel. Elders las ik nog dat het een wijn zou kunnen zijn gemaakt van de garnaca of grenache-druif. Helaas is het vrijwel onmogelijk om hier de juiste interpretatie in te kiezen.
Maar dat maakt het onderzoek naar wijn en wijnhandel juist zo spannend. Er is nog ruimte om eigen interpretaties en eigen onderzoek te presenteren. Morgen weer snel naar het archief….
Boeken
Raymond van Uytven, ‘Wijn es goet dranc…’ Het middeleeuwse wijndiscours, in: De zinnelijke Middeleeuwen, Leuven 1998 (2e druk).
Ronald de Buck, Van wijn in Gent tot Gent in wording, Gent 1995